In de praktijk zien we het regelmatig. Je hebt een ontruimingsvonnis, maar de huurder wil niet vrijwillig aan het vonnis voldoen. In de praktijk zien we het regelmatig. Je hebt een ontruimingsvonnis, maar de huurder wil niet vrijwillig aan het vonnis voldoen. Dan komt de deurwaarder in actie. Hij zal eerst het vonnis betekenen en de ontruiming aanzeggen. Daarna mag de deurwaarder de woning binnengaan en de spullen uit de woning verwijderen. Die spullen worden bij de openbare weg geplaatst en door de vuilnisdienst afgevoerd en vernietigd. En, dan zijn de spullen weg.
De deurwaarder en de verhuurder (in wiens opdracht de deurwaarder handelt) moeten bij een ontruiming zorgvuldig handelen. Als zij dat niet doen, kunnen zij aansprakelijk zijn voor de schade die de huurder lijdt door de vernietiging van zijn spullen. In deze blog worden twee uitspraken behandeld. De eerste gaat over de vraag of de deurwaarder zorgvuldig heeft gehandeld. De tweede uitspraak over het handelen van de verhuurder.
Wat was er aan de hand? De huurder was veroordeeld om een loods (waarin hij een kringloopwinkel dreef) te ontruimen, omdat o.a. sprake was van een acute brandgevaarlijke situatie. De deurwaarder had het vonnis betekend en de ontruiming aangezegd. De huurder had de sleutels ingeleverd, maar zijn spullen in de loods laten staan. De deurwaarder plaatste vervolgens de spullen bij de openbare weg, waarna deze werden afgevoerd en vernietigd. De huurder verwijt de deurwaarder dat hij zijn zorgplicht heeft geschonden. Het hof Amsterdam[1] maakt daarmee korte metten. Een deurwaarder is gerechtigd de spullen te verwijderen en aan de openbare weg te plaatsen. Behoudens zeer bijzondere omstandigheden (die zich hier niet voordoen) heeft de deurwaarder geen zorgplicht ten aanzien van de ontruimde boedel.
In de tweede uitspraak stond de vraag centraal of de verhuurder had voldaan aan haar zorgplicht. Op de dag van de ontruiming was de huurder nog druk bezig met het leeghalen van zijn woning. Aan de deurwaarder vroeg de huurder of hij zijn waardevolle spullen apart op de straat mocht plaatsen, zodat hij deze zelf kon meenemen. De spullen werden echter door de deurwaarder op één hoop geplaatst en door de vuilnisdienst afgevoerd en vernietigd. Het hof Arnhem-Leeuwarden[2] oordeelt dat de huurder gewaarschuwd had moeten worden over het risico van plaatsing van spullen langs de openbare weg en het snelle handelen van de vuilnisdienst. De verhuurder (als opdrachtgever van de deurwaarder) heeft onvoldoende rekening heeft gehouden met de belangen van de huurder en moet 2/3 deel van de schade betalen.
Het hof Arnhem-Leeuwarden merkt op: “dat De Marken als woningcorporatie een maatschappelijke functie heeft en zich daarom de belangen van huurders, waaronder mede hun eigendomsbelang dient te worden verstaand, in de sociale sector sterk dient aan te trekken”. Het is daarom verstandig om bij een ontruiming aanwezig te zijn. Je kan zien hoe de ontruiming verloopt en direct overleggen met de deurwaarder in het geval van bijzondere omstandigheden, zoals de opslag van waardevolle zaken. Ook is het verstandig erop toe te zien dat de deurwaarder een verslag maakt (eventueel met foto’s) van de aangetroffen spullen, die later door de vuilnisdienst zijn afgevoerd en vernietigd. Daarmee voorkom je onnodige discussies over wat er al dan niet vernietigd is.
[1] Hof Amsterdam 3 maart 2020, ECLI:NL:GHAMS:2020:671.
[2] Hof Arnhem-Leeuwarden 9 april 2019, ECLI:NL:GHARL:2019:3170.