Gemeenten, politie en ook woningcorporaties stuiten honderden keren per jaar op illegale prostitutie. Meestal worden de sekswerkers aangetroffen in woningen, waaronder regelmatig (sociale) huurwoningen.

Als advocatenkantoor krijgen wij hier ook vaak mee te maken. Een huurder verhuurt dan bijvoorbeeld kamers in zijn huurwoning onder aan prostituees. Soms woont hij er zelf ook nog, maar meestal niet. Dit levert natuurlijk een interessant verdienmodel op voor de huurder en leidt tegelijkertijd tot (leefbaarheids)problemen en doorkruising van de toewijzing van sociale huurwoningen, waar verhuurders streng tegen willen optreden. Om die reden staat vaak een bepaling in de huurvoorwaarden waaruit volgt dat prostitutie in/vanuit de huurwoning niet is toegestaan. Dit naast het verbod op het geheel of gedeeltelijk onderverhuren of in gebruik geven van de huurwoning. Sommige verhuurders hebben zelfs een boete opgenomen in de huurvoorwaarden bij (één van) voornoemde verbodsbepalingen. Deze blog gaat niet over oneerlijke bedingen in huurvoorwaarden, maar let erop dat de rechter eigenhandig toetst op onder andere verboden cumulatie van boetebedingen als de verhuurder een boete vordert van de huurder.

Terug naar de illegale prostitutie. Als de verhuurder hiermee bekend raakt, zal hij eerst de huurder hiermee confronteren en meestal wordt dan aangestuurd op een vrijwillige huuropzegging, gelet op het zerotolerancebeleid dat de meeste woningcorporaties op dit vlak hanteren. Indien de huurder hieraan niet wil meewerken, volgt de gang naar de rechter. De rechter wordt dan gevraagd de huurovereenkomst te ontbinden en te bepalen dat de huurder de woning moet verlaten (al dan niet in combinatie met het vorderen van de contractuele boete).

Met verwijzing naar een recente uitspraak[1] van de kantonrechter in Enschede wordt inzicht gegeven in de wijze waarop een kantonrechter oordeelt in zo’n zaak, waarbij in het achterhoofd moet worden gehouden dat de feiten en omstandigheden per casus zullen verschillen en de rechter hiermee rekening houdt bij het doen van een uitspraak.

De kantonrechter overweegt allereerst dat het laten plaatsvinden van illegale prostitutie in een sociale huurwoning een ernstige tekortkoming is. En vervolgens: “Het is een feit van algemene bekendheid dat illegale prostitutie allerlei vormen van criminaliteit aantrekt, waaronder mensenhandel. Omdat het gaat om illegale prostitutie waar geen vergunning voor is gevraagd en gegeven, kan geen toezicht/controle worden gehouden op de personen die hiervoor worden ingezet.”

Hierna wordt in het vonnis aandacht besteed aan het zerotolerancebeleid van de woningcorporatie en haar belang bij een leefbare wijk. Het belang bij ontruiming van het gehuurde dient volgens de kantonrechter – in deze zaak – te prevaleren boven het woonbelang van de huurder.

De huurder had zich verweerd door te stellen dat de prostitutie in de woning maar kort had geduurd. Dit verweer komen wij ook regelmatig tegen. Hierover oordeelde de kantonrechter dat dit het gevolg is van het direct ingrijpen door politie en gemeente. Dat de huurder dakloos wordt, is de consequentie van de door haarzelf gemaakte keuzes.

De kantonrechter heeft een ontruimingstermijn van drie maanden, in plaats van de gevorderde termijn van veertien dagen, aangehouden, vanwege de kwetsbare mentale gezondheidstoestand en de persoonlijke omstandigheden van de huurder. Zij had ook toegezegd geen illegale prostitutie activiteiten meer in de huurwoning te zullen toestaan. De last onder dwangsom (vanuit de gemeente) is hiervoor eveneens een voldoende waarborg, aldus de kantonrechter.

Mocht u ook te maken hebben met een casus als deze en u wilt met ons van gedachten wisselen over de mogelijkheden, neemt u dan contact met ons op via telefoonnummer 088 45 20 200.

 

[1] Rechtbank Overijssel, kantonrechter Enschede 1 augustus 2024, ECLI:NL:RBOVE:2024:4142.

cursusaanbod huisvestingsadvocaten

Telefoonnummer
088-4520200

E-mail
secretariaat@huisvestingsadvocaten.nl