Voor de woningcorporaties verandert concreet het volgende:
- De huur voor mensen met een laag inkomen wordt verlaagd;
- De huur voor mensen met een hoger inkomen wordt verhoogd tot de marktconforme huur;
- Zittende corporatiehuurders krijgen de kans om hun woning onder voorwaarden te kopen om hen een start op de koopmarkt te geven;
- De huurders van middenhuurwoningen krijgen huurprijsbescherming
- Het woningwaarderingsstelsel wordt vereenvoudigd;
- De gang naar de Huurcommissie voor middenhuurders wordt vergemakkelijkt.
Bij alle plannen, of beter gezegd 'ambities', is echter nog niet duidelijk hoe dit in de praktijk vormgegeven zal worden. De coalitie lijkt in ieder geval in te zetten op maatwerk. De huur moet passend zijn bij het inkomen. Bij die plannen zijn wel kanttekeningen te plaatsen. Zo was er afgelopen jaar al de Wet eenmalige huurverlaging 2021. Deze wet zorgde ervoor dat sociale huurders met een hoge huur en een laag inkomen een lagere huurprijs hoefden te betalen. En ten aanzien van de draagkrachtige huurders is er al een wettelijke mogelijkheid om jaarlijks de huurprijzen forser te laten stijgen. Het lijkt er echter op dat die mogelijkheid verdwijnt en de huurprijs sneller op marktconform niveau gezet kan worden.
De overige punten zijn evenmin geconcretiseerd. Het geven van de mogelijkheid aan zittende huurders om hun woning te kopen, lijkt daarbij zelfs tegenstrijdig met de doelstelling om het enorme tekort aan sociale huurwoningen te verkleinen door extra te bouwen. Ook lijkt niet goed doordacht te zijn dat de Huurcommissie enorme werkachterstanden heeft en het dan ook niet logisch is om ook voor de middenhuurders de gang naar de Huurcommissie mogelijk te maken. Daarnaast zijn er grote zorgen of de rechtmatigheid van de huidige procedure bij de Huurcommissie. Zie daar onze eerdere blog over.
Tot slot wil de coalitie het woningwaarderingsstelsel vereenvoudigen. Dit lijkt vooral bedoeld om het nieuwe huurders makkelijker te maken om na te gaan of de aanvangshuur wel redelijk is. Vaak ligt de aanvangshuur namelijk veel te hoog en moet de huurprijs in principe onder de liberalisatiegrens liggen. Huurders stappen echter niet snel naar de Huurcommissie om de aanvangshuur te laten toetsen. Dit om de relatie met de verhuurder goed te houden. Hoe de coalitie het woningwaarderingsstelsel wil vereenvoudigen, is nog niet duidelijk. Eén ding lijkt wel zeker, als de coalitie wil sleutelen aan het woningwaarderingsstelsel zal zij flink moeten onderhandelen met GroenLinks en de PVDA. Niet alleen zijn deze partijen nodig voor een meerderheid in de Eerste Kamer, ook richten zij zich al jaren op aanpassing van het woningwaarderingsstelsel. Op dit moment ligt er een nog wetsvoorstel van de GroenLinks (Wet eerlijke huur) in de Tweede Kamer. De insteek van die wet is dat de maximale redelijke huurprijs volgens het woningwaarderingsstelsel geldend wordt voor 98% van de woningen. Nu geeft het woningwaarderingsstelsel alleen een bindende maximale huurprijs voor sociale huurwoningen. Dat voorstel zal met name voor de VVD niet snel acceptabel zijn. Als ondernemerspartij willen zij investeringen in vastgoed wel rendabel houden. Het is dan ook niet moeilijk om in te denken wel partij onderstaande onderstreepte zinsnede heeft laten opnemen in het coalitieakkoord:
''Middenhuurwoningen krijgen een vorm van huurprijsbescherming, zodanig dat wonen voor middeninkomens betaalbaar wordt én het rendabel blijft voor institutionele beleggers om in deze woningen te investeren.''
(Bron: Pagina 14 Coalitieakkoord)
Of en zo ja welke ambities van de coalitie in de praktijk tot uitvoering gebracht zullen worden, zal moeten blijken. Een gebrek aan een meerderheid in de Eerste Kamer kan daarbij een ingewikkelde factor zijn. Wij blijven het nauwgezet volgen en houden je in deze blogs op de hoogte over nieuwe wetsvoorstellen van de coalitie.